Gelukkig nieuwjaar allemaal!!!!!
31 december 2009, ik heb de hele dag door de mist gefietst. Ik had verwacht dat het warmer zou zijn nu ik de bergen heb verlaten maar zonder zon en met een extreem hoge luchtvochtigheid is het weinig aangenaam. Al fietsend stel ik me voor hoe iedereen in Nederland bezig is met het organiseren van feestjes of met het vinden van een geschikte plek om oud & nieuw te vieren. Ik ben blij dat ik die zorg in ieder geval niet heb. De vorige keer dat ik in India was tijdens oud & nieuw had ik 40 graden koorts, slechter kan het deze keer in ieder geval niet worden.
Aan het eind van oudjaarsdag, dat is hier in deze tijd al om vier uur, rijdt ik een dorpje binnen en vraag of er een dharamsala (een overnachtingsplek voor pelgrims) is waar ik kan slapen. Er is een dharamsala maar om een onduidelijke reden kan ik er niet slapen. Ik wordt doorverwezen naar de politie. Op het drukste kruispunt van het dorp heeft de politie een klein hokje met een bed, daar mag ik wel van ze slapen. Ze vinden het leuk dat ik er ben en halen één voor één samosa's en chai voor me en houden een plekje bij het kampvuur voor me vrij. Later word ik door een Engels sprekende jongen gevraagd of ik in zijn winkeltje O&N wil komen vieren.
Chaotisch als de avond verloopt gaat dat niet door. Één van de agenten komt me al snel halen met de boodschap dat de commandant van het politiekorps mij wil spreken. Ik maak me even ongerust maar dat blijkt ongegrond. De commandant vraagt me of ik niet liever op het hoofdkantoor wil overnachten waar hij een kamer heeft. Hij wil graag over mijn reis horen. Ik vind het een goed idee. Het drukke kruispunt, waar je ondertussen door de dikke mist geen drie meter ver meer kan zien, leek me toch al niet de beste overnachtingsplek.
In het hoofdkantoor drinken we weer chai en en eten Indiase zoetigheid. Hij laat me foto's zien van zijn familie en van een zaak die hij pas opgelost heeft, een man en een vrouw hadden de ex-man van de vrouw vermoord en onder hun huis begraven. Op de foto's is te zien hoe ze de botten zelf moesten opgraven. Andere foto's laten de toeschouwers bij dit spektakel, zeker honderd Indiërs die om het huis, op muurtjes en vanuit bomen toekijken, India kent weinig discretie op welk gebied dan ook.
We gingen nog eten bij een vriend van de commandant. Zijn vrouw maakte een heerlijke Indiase maaltijd klaar en na een dag fietsen is huisgemaakt eten zeer welkom, daarna was het tijd om te gaan slapen. Ik was zo moe dat opblijven tot middernacht teveel gevraagd was en 1 januari moest er weer gefietst worden.
De meeste dagen fietste ik afwisselend over vrij aangename kleine wegen en minder aangename hoofdwegen. Op beide wegen is er veel verkeer maar de hoofdwegen zijn ronduit gevaarlijk. Er rijden veel vrachtwagens en bussen die elkaar constant inhalen. Bij het inhalen gaan ze volledig de andere weghelft op en wijken voor niemand. Ik moet regelmatig de berm in om een tegenliggende bus of vrachtwagen te ontwijken, erg gevaarlijk vooral als je bedenkt dat veel chauffeurs alcohol drinken tijdens het rijden. Gelukkig gaat het verkeer niet al te snel in India en gebruiken ze de claxon om zichzelf aan te kondigen.
Naast bussen en vrachtwagens vind je ook veel ossenkarren op de weg. Deze karren vervoeren voornamelijk bergen met suikerriet. Dat wordt in deze tijd geoogst en tot rietsuiker verwerkt. In sommige dorpjes gebeurt dat nog ouderwets en daar ruikt het heerlijk zoet naar rietsuiker. Ik fiets echter ook lang grote fabrieken die het suikerriet op een iets minder ambachtelijke manier verwerken. De ossenkarren en de fietsers maken het fietsen lastig omdat ze zo langzaam gaan dat ik ze moet inhalen en dan moet ik op mijn beurt rekening houden met het verkeer dat van achter komt. “Gelukkig” is dat geen probleem in India want met het indiaase gebruik van de claxon hoef je eigenlijk niet achterom te kijken.
Ik hoefde maar twee dagen over hoofdwegen te fietsen en de andere dagen zijn rustiger en de omgeving is
landelijker. Toch zie ik door de mist weinig van de omgeving die voornamelijk gedomineerd wordt door de suikerriet plantages afgewisseld door kleine dorpjes. De bevolking lijkt ondertussen voornamelijk bezig te zijn met het sprokkelen van hout en en vinden van bladeren voor de geiten. Overal zie je mannen of jongens in bomen klimmen en takken afhakken en naar beneden gooien. De geiten eten dan de bladeren en het hout wordt verzameld. Vrouwen maken ondertussen plakkaten van koeienpoep die gedroogd als brandstof voor het koken gebruikt worden.
Overnachtingsmogelijkheden vinden was minder lastig dan ik vooraf gedacht had. Meestal kwam ik aan het eind van de dag toevallig ergens terecht waar ik kon slapen en eten. Één nacht kon ik in een PWD overnachten. PWD's zijn kamers waar overheidswerknemers, die voor hun werk moeten reizen, kunnen overnachten. Over het bestaan hiervan had ik al eens gelezen maar PWD werden toen als spartaans en vies beschreven.
Mijn PWD was een luxe met leren banken en een kingsize bed. Er was ook een grote badkamer maar bij gebrek aan elektriciteit was er geen warm water of licht. Het huis werd onderhouden door een bediende die ook eten kookte en er waren wat mannen uit de lokale politiek aanwezig. Natuurlijk kon ik meeeten en voor het eten werd ik door de mannen uitgenodigd om een potje badminton te spelen. De situatie kwam mij behoorlijk absurd over, eerst 120 kilometer fietsen dan badminton spelen met een stel ambtenaren in een dorpje ergens in Noord India (met een generator werd verlichting voor het spel verzorgd). Het badmintonnen was leuk en ik was er best goed in. De volgende ochtend verzorgde de bediende chai en toast voor me en zwaaide ze me uit toen ik weer verder fietste. Dit alles op de kosten van Indiase belastingbetaler want mij werd geen geld gevraagd.
Natuurlijk sliep ik ook bij de Sikhs in gurudwara's want ik wist ondertussen dat je daar altijd welkom bent en dat ze het leuk vinden als je komt. Bij één gurudwara werd ik uitgenodigd door een sikh familie om te komen eten. De dochters spraken Engels dus werd het een erg gezellige avond en het eten was subliem, paneer(Indiaase kaas) masala(curry) zoals alleen een Indiase moeder dat kan klaarmaken, heerlijk.
De volgende ochtend was het de verjaardag van de vijfde sikh guru en dit werd ondermeer gevierd door om half zeven 's morgens een optocht door de stad te houden. Ik liep natuurlijk mee al viel het vroege opstaan me zwaar. Na de optocht werden er lekkere dingen uitgedeeld aan iedereen die maar langs kwam. Dit was een hele school aan kinderen die allemaal koekjes en samosa's kregen en bij het weggaan werden er truien uitgedeeld. De sikhs doen heel veel aan liefdadigheid, de gastvrijheid in de tempels is daar ook een onderdeel van.
Mijn eerste nacht was eigenlijk nog de vreemdste. Ik fietste aan het einde van de dag van de weg af om een kampeerplekje te zoeken (ik wist oen nog niet dat het zo mistig was 's morgens) en eindigde bij een spoorwegovergang. Naast het spoor stond een huisje dat er schoon en verzorgt uitzag en plek had om mijn tent op te zetten. Het bleek een soort ashram te zijn met twee kamers, één waar een groot spooky beeld van een god stond en nog een lege kamer. Buiten was een waterpomp en een toilet. Een jonge man die geen Engels sprak gaf aan dat ik wel in de lege kamer mocht overnachten en wees me op een touwbed dat ik kon gebruiken. Hij maakte me nog wel duidelijk dat ik de deur op slot moest doen en als er 's nachts aangeklopt zou worden mocht ik niet opendoen. Ik vroeg me even af of het beeld misschien tot leven zou komen rond middernacht maar liet die gedachte snel varen want ik moest er die nacht vast nog uit om te plassen. Zonder elektriciteit werd het snel donker en ik viel voor negen uur al in slaap. Niet veel later schrok ik wakker doordat er een trein door mijn kamer denderde, ik was even vergeten dat het huisje naast een spoorwegovergang stond en bij gebrek aan spoorbomen en een dikke mist laten de treinen, die van zichzelf al niet de stilste zijn, met een oorverdovend fluitsignaal horen dat ze eraan komen. Met mijn oordopjes in werd het toch nog een rustige nacht van zeker 10 uur slaap, iets dat je als fietser goed kan gebruiken.
Na acht dagen fietste ik de stad die bekend staat onder de drie namen Varanasi, Benares en Kashi binnen. De binnenkomst was zoals verwacht chaotisch en druk. Het vinden van een goed hostel leek even moeilijk te worden want er zijn er zoveel en de meeste zijn niet leuk. In één van de smalle steegjes van de oude stad kwam ik echter Nicolola tegen die me het guesthouse wees waar hij verbleef. Het bleek een goed geheim gehouden plek waar je voor weinig geld lang kan verblijven.
Veel van de bewoners studeren een Indiase muziekinstrument en sommige doen dat al voor meerdere jaren. Het is een erg relax sfeertje en ondanks de spartaanse kamers zonder warm water en vaak zonder licht (de stroom valt vaak uit) kan ik begrijpen dat reizigers hier lange tijd verblijven. Ergens voel ik ook voor om na de meditatie terug te komen om bamboe dwarsfluit of iets te leren spelen maar dat zou betekenen dat ik maanden langer in India zou blijven want de bamboe dwarsfluit is een erg moeilijk instrument. Misschien toch maar richting het oosten gaan.
In ieder geval vertrek ik binnenkort naar Bodh Gaya waar mijn meditatie retraite volgende week begint. De weg ernaartoe volgt de drukste hoofdweg van India, de 'Grand Trunk Road' van Islamabad naar Calcutta. Daar fietste ik in Pakistan ook drie dagen over en of ik dat nog drie dagen wil doen.......?. misschien toch maar met de bus.
Ik laat het wel weten.
liefs
Kristiaan